Maligniteit bij appendectomie, wat zijn de consequenties?


M.D.M. Bolmers, C.C. van Rossem, A.A.W. van Geloven, W.A. Bemelman

Vrijdag 25 november 2016

12:12 - 12:24u in Grote Zaal

Categorieën: Algemeen/Overig

Parallel sessie: V01 Vrije voordrachten: Algemeen/Oncologie


Introductie

Recent werd in Nederland een snapshot studie uitgevoerd naar de uitkomsten van chirurgische behandeling van appendicitis.

 

Methode

In 2 maanden werden, in 62 chirurgische centra, alle patiënten, geopereerd voor de verdenking appendicitis acuta, prospectief geïncludeerd. Dit abstract betreft een sub-analyse naar de incidentie van maligniteiten en de consequenties die hieraan verbonden zijn.

 

Resultaten

In totaal werden 1975 patiënten geïncludeerd, In 24 patiënten was er sprake van een maligniteit van de appendix (1.2%). Van deze groep betrof het 14 maal een neuro-endocrine tumor graad 1 (58.3%), 5 maal betrof het een gobletcell carcinoid (20.8%), 3 maal een adenoom (12.5%) en 2 maal een adenocarcinoom (8.3%).

Er was 17 maal sprake ongecompliceerde appendicitis op basis van de beeldvorming (70.8%) Hierbij was er zowel sprake van een adenoom, NET graad 1, als een gobletcell carcinoid. Er was 16 maal sprake van een ongecompliceerde appendicitis per operatief (66.6%). Ook hier was er sprake van adenoom, NET graad 1, als een gobletcell carcinoid.

De nabehandeling was wisselend. Bij 8 patiënten vond er geen nabehandeling plaats (33.3%). In 6 patiënten was er sprake van follow up (25%). In 7 patiënten werd een hemicolectomie rechts verricht (29.1%). 1 maal een ileocoecaal resectie, 1 maal werd het coecum afgestapled. In het geval van een resectie werd er 1 maal een rest tumor gevonden, met lymfkliermetastasen (0.05%). Deze patiënt werd adjuvant na behandeld. Gedurende de initiële resectie was er hier sprake van een appendiculair infiltraat met veel pus.

 

Conclusie

De Incidentie van een maligniteit bij appendicitis is laag. In totaal werd bij 1 patiënt een maligniteit aangetroffen waarbij de nabehandeling een tumor residu heeft aangetoond. Er lijkt ruimte te zijn om op basis van de peroperatieve klinische beoordeling af te zien van PA diagnostiek.